Berichten met de tag CCQO
Assembly of the commons/AV Commons Lab juni 2023: een verslag

Op zaterdag 17 juni maakten we voor de tweede keer van onze open Algemene vergadering een '𝗔𝘀𝘀𝗲𝗺𝗯𝗹𝘆 𝗼𝗳 𝘁𝗵𝗲 𝗰𝗼𝗺𝗺𝗼𝗻𝘀'. We zetten de deuren van HAL 5 in Leuven open voor iedereen met interesse in commons, in al zijn facetten. We mochten geïnteresseerden uit gans Vlaanderen verwelkomen: geëngageerde burgers/commoners, ambtenaren, ondernemers, leerkrachten, sociale organisaties, 

Met deze bijeenkomst wilden we nieuwe mensen ook laten kennismaken met Commons Lab als socio-culturele organisatie. Juni 2023 markeert de helft van onze eerste termijn als structureel gesubsidieerde organisatie door de Vlaamse overheid. We hebben samen over de werking van Commons Lab gereflecteerd een toekomstige plannen en dromen uitgestippeld. We hebben geluisterd naar de vragen, wensen en ideeën van onze leden en sympathisanten. En we hebben elkaar beter leren kennen tijdens de lunch en de receptie. 

Kennismaking en “check-in”

Na de ontvangst zijn we dag gestart met een interactieve kennismaking. De bedoeling was om elkaar zo in kleine groepjes te leren kennen. En tegelijkertijd om inhoudelijk het gesprek op te starten rond vrijwilligerswerking. De deelnemers noteerden ook hun verwachtingen voor de dag. 

De deelnemers hopen nieuwe, interessante mensen te leren kennen die gedreven bezig zijn en de wereld verbeteren, de organisatie beter te leren kennen, nieuwe inzichten te verwerven 

Een vernieuwd Bestuursorgaan

Op 14 maart j.l. werd het Bestuursorgaan van Commons Lab vernieuwd. Jusra Baki,  Tomas Uten, Ingrid Larik en Sofie Michiels kenden mekaar voorheen niet. Ze zijn allen al jaren als burger geëngageerd en superactief, in verschillende netwerken. Ze beschikken dus over heel wat ervaring, expertise en netwerken. Ze willen werken via een roterend voorzitterschap. Jaarlijks zal die rol overgenomen worden, Ingrid is als eerste Voorzitter. Ze zullen maandelijks samen komen. 

Commons Lab als matchmaker binnen het Vlaams Commons transitie ecosysteem/community

Commons Lab  begint als geen ander het ecosysteem van commoners, coöperaties, financiers, ondernemers, onderzoekers, overheden, experts van binnen en buiten te kennen. Dit ecosysteem rond de commons groeit aan een snel tempo incl. het aantal vragen dat bij CL binnen komt. Commons Lab wil nog meer mensen nog vaker en sneller doorverwijzen naar de juiste personen zodat zij en/of hun project vooruit geholpen wordt. Maar hoe kunnen we er voor zorgen dat het zo open en decentraal mogelijk verloopt, dat de community zichzelf beter leert kennen? Hoe kunnen we de kennis die uitgewisseld wordt door vraagsteller en antwoorder ook ruimer delen? 

Tijdens de Assembly werd aangegeven om dit niet zomaar of volledig los te laten als Commons Lab: 

  • We houden op die manier een vinger aan de pols. 

  • Je moet sommige vragen er uit filteren. 

  • Het is een schat aan informatie waarmee wij ook nieuwe experimenten etc. kunnen opzetten. 

  • We willen graag mee groeien met het groeiend ecosysteem 

Dit willen we doen door: 

  • transparanter en sneller de vragen te delen (bvb. Via Fb groep, mail, website, nieuwsbrief,...).  

  • regelmatig ‘Open commons fora’ te organiseren, rond specifieke thema’s, verspreid over Vlaanderen. Tijdens deze ‘Open commons fora’ krijg je de kans om te sparren met allerlei commoners, experts en organisaties. We nodigen mensen uit op maat van een specifiek thema. 

  • ook grotere netwerkevents, specifiek gericht op netwerking met het ecosysteem, delen van kennis, ervaring, contacten. Zoals een Commons Festival, Commons Symposium, … 

  • de mogelijkheden te onderzoeken om een open, online platform in gebruik te nemen dat meer zelfsturend werkt. 

  • meer tijd te investeren in de opvolging: welke info wordt uitgewisseld en hoe kunnen we die info met gans ons ecosysteem delen? Hoe kunnen we de mensen die andere mensen vooruit helpen meer waarderen? Dit kan via website, nieuwsbrief, socials, ... 

  • Het ecosysteem incl. Contactgegevens etc. meer delen (kan evt. ook via een digitale map) 

Wat hebben we met de INPUT/OUTPUT van de AsSembly van vorig jaar gedaan?

Vorig jaar hadden we onze allereerste open Assembly in Timelab Gent! Toen hadden we 5 grote uitdagingen geformuleerd en in focusgroepen verder bediscussieerd.

We hebben er aan verder gewerkt en tot heden deze tools uit ontwikkeld: 

  • Criterialijst voor projecten van Commons Lab

  • Vrijwilligersbeleid – one pager , intake sjabloon, afbakening vrijwilligersrollen 

  • Verdeling van taken en rollen binnen Commons Lab middels sociocratie 3.0 

  • Analyse en opmaak ‘profielen’ van toekomstige leden van Commons Lab 

Vrijwilligerswerking van Commons Lab

Er waren drie tafels met drie verschillende deelaspecten van het vrijwilligersbeleid van Commons Lab. De deelnemers schoven in drie groepjes aan en gaven telkens 20 minuten feedback op het voorstel. 

Mensen die zich engageren bij Commons Lab willen vooral: deel uitmaken van een netwerk van inspirerende mensen, nieuwe inzichten en kennis (over commons en de praktijk van commons) krijgen en delen, aan commoning doen tijdens informele momenten. 

Ons netwerk heeft nood aan structuren om de kennis te delen en samen te komen: 

  • idee fysieke plek: Fundament/Sint-Amandus als commons experiment 

  • Er kwam ook de vraag om de website van Commons Lab actueel te houden en daar een ‘plek’ voor vrijwilligers te voorzien 

  • Of een digitale platform waar vrijwilligers kunnen deelnemen 

  • Via communicatiekanalen die ervoor geschikt zijn: open source, wiki model 

  • (Verder) vermelde communicatiemiddelen: nieuwsbrief, Pebble, Kaizala 

  • De vrijwilliger zou bij het intake gesprek de communicatie weg mogen kiezen (zijn gewenste communicatieweg). 

Er kwam de vraag of de term ‘vrijwilliger’ goed past bij het commonsgedachtegoed. Er werd vermeld dat het belangrijkste is dat de vrijwilligers commonsengagment uitdragen. 

Verdeling van taken:  

  • Het is belangrijk dat naar de intrinsieke motivatie van het individu geluisterd wordt, dat verwachtingen goed afgestemd worden met de vrijwilliger en op tempo van de vrijwilliger gewerkt wordt.  

  • De vrijwilligers zouden graag de taken mee verdelen. (Procedure ‘vragen aan Commons Lab’ en flow). 

  • Het werd op gewezen dat de samenwerking met vrijwilligers co-creatief, met gedeelde verantwoordelijkheid en in vertrouwen zou moeten zijn. 

  • Er werd het idee geformuleerd om per functie twee back-ups te hebben (indien iemand niet kan komen, ziek is, etc.).  

  • De ambitie zou moeten zijn om twee vrijwilligers per maand te betrekken. 

  • Indien er geen opdracht is voor de vrijwilliger: laten doorstromen naar andere organisatie, zoeken naar opdrachten bij partner organisaties. 

Opleiding: 

  • Opleiding in commons wordt erg belangrijk ingeschat. Vrijwilligers zouden aan alle vormingen die Commons Lab geeft en die medewerkers krijgen gratis kunnen deelnemen. Een idee is om aan elkaar opleiding te geven (zie boven: delen van kennis) 

  • Bij de keuze uit opleidingen zou de leidraad moeten zijn wat nodig is voor de organisatie Commons Lab (vs. de vrijwilligers te laten kiezen). 

  • “Fortaitaire kostenvergoeding” en betaling: 

  • Als iemand en bepaalde expertise heeft vanuit zijn beroep dan zou Commons Lab deze persoon ervoor betalen.  

  • Als de taak van de vrijwilliger veel tijd in beslag neemt (voorbereiding, avondwerk, of de uitvoering tijdens de werkuren van een andere job valt) is een forfaitaire kostenvergoeding aan de orde. Deze criteria zouden nog moeten gedefinieerd en afgestemd moeten worden. 

  • De grens tussen opdrachten voor betaalde medewerkers en vrijwilligers is niet duidelijk afgebakend bij Commons Lab – daarmee moet Commons Lab voorzichtig omgaan. Oplossingen daarvoor: Voor elke vraag/opdracht betaling vragen (‘alles wat op maat gemaakt moet worden kost geld’). Commons Lab kan een deel van deze inkomsten zelf behouden of ‘enkel’ matchmaker zijn om de administratie beperkt te houden. 

Kostenvergoeding (bv. reiskosten):             

  • Voor een vrijwilliger is onkostenvergoeding een minimum. 

  • Nazorg (bv. Regelmatig gesprekken voeren) en een bedanking blijken heel belangrijk. 

  • Diversiteit (sleutelfiguren in de gemeenschappen zoeken) 

 Planning en prioriteiten Commons Lab 2023-2024

We zitten nu halverwege onze ‘ambtstermijn’ 2021-2025. We hebben 2.5 jaar heel hard gewerkt: we zijn van een Antwerps burgercollectief aan het groeien tot een professionele, Vlaamse socioculturele organisatie. Veel tijd en energie werd geïnvesteerd in organisatie-ontwikkeling en een verkenning in Vlaanderen. 

Tijdens infosessies in mei hebben we onze voortgang in detail toegelicht. We kregen van de deelnemers en van enkele leden van CL de vraag om vanuit het team zelf met voorstellen te komen mbt prioriteiten en activiteiten voor de komende periode. We zouden daar vandaag dus een beeld van willen krijgen. Om morgen bij wijze van spreken samen te kunnen gaan werken aan de realisatie. We vinden het erg belangrijk om dat met z’n allen samen te gaan doen. We hebben in mindere mate denkers nodig, vooral doeners. We willen de komende maanden en jaren vooral heel resultaatgericht gaan werken, focus op collectieve actie. We hebben nog heel wat dromen. We hopen dat we komen tot ‘gemene’ dromen. En we hopen ook maximaal in teams te werken.  

Open Commons fora 

Het 'Open Commons Forum' is een laagdrempelige, informele, open samenkomst rond een specifiek thema op een bijhorende locatie. Een initiatiefnemer stelt het thema voor. Commons lab zal inhoudelijk, praktisch en financieel voor ondersteuning zorgen, incl. Interessante deelnemers trachten mobiliseren (+/-15). Ideeën en inzichten over een bepaald onderwerp in relatie tot commons worden uitgewisseld. Doel is om commonszaadjes te kiemen, te groeien, bloeien, of ‘kruis te bestuiven’. Een open commons forum kan gekoppeld/voorafgegaan worden aan een strategische interventie.

Zie als voorbeeld het Open Commons Forum in Schoten op 16 september, Open Commons Forum #2: ‘Over de Vaart’ • De vaart(kant) als gemeengoed — Commons Lab 

Voorbeelden van thema’s: 

  • Voedsel als commons in Gent 

  • Commons en politiek

  • Zwemwater als commons -Kortrijk 

  • Stilte als commons - Kempen 

  • Kortrijk als commonsstad 

  • Fruitige voedselbossen als commons-Hageland  

Strategic interventions for the common good 

Een strategische interventie for the common good is een laagdrempelige, creatieve, constructieve ingreep rond een specifiek thema op een specifieke locatie. Een initiatiefnemer wil iets mbt commons aankaarten, op de politieke en/of maatschappelijke agenda plaatsen. Mensen doen prikkelen, reflecteren, dialogeren specifiek mbt commons, rol van burgers, overheden, … Commons lab zal inhoudelijk, praktisch, financieel en juridisch voor ondersteuning zorgen. We zoeken evt. mee naar creatievelingen, kunstenaars, activisten met de nodige ervaring.  

Voorbeelden van interventies: 

  • Het Kortrijks burgercollectief LZSB  breekt graag een lans  voor vrij zwemmen en vrije en makkelijke toegang tot onze waterwegen met niet gemotoriseerde vaartuigen. Ze gaan in heel uiteenlopende Kortrijkse wateren wild zwemmen, nemen foto’s, delen die via diverse media.  

  •  Een wijk wil haar wijk toegankelijker maken door zelf een trage weg aan te leggen of te gaan beheren, open maken, ....  

  • Rondreizend voedselbos 

  • Bloembakken overal installeren in publieke ruimtes om het tekort aan groen, maar ook aan inspraak aan te kaarten 

  • Een plein tijdelijk autovrij maken 

  • Fietsenstallingen plaatsen op autoparkings 

  • Een nieuwe, tijdelijke microhub installeren 

  • Wij willen Spilkiekes in de publieke ruimte www.spilkiekes.be 

  • Pop-up tegeltaxi in Antwerpen om de politiecodex aan te kaarten 

Open Algemene Vergaderingen

Opleiding rond commons en coöperaties 

  • Wandelingen, fietstochten, excursies langs commons en coöperaties 

  • Boekvoorstellingen 

  • Opleiding voor vrijwilligers CL 

  • Leerreizen 

  • Lezingen 

  • Workshops 

  • Intervisies/lerende netwerken 

  • Inspiratiedagen/studiedagen 

Vlaams Commons Symposium/Congres 

Het allereerste Vlaams Commons Congres organiseerde Commons Lab eind 2020 ism UAntwerpen, Oikos, stad Antwerpen. We brachten heel uiteenlopende commoners, experten, geïnteresseerden, ambtenaren samen. Vooral om kennis te delen en om na te denken over grotere vragen, uitdagingen, complexiteiten.  We zouden opnieuw zo’n Vlaams Commons Congres kunnen organiseren om samen na te denken over en te schrijven aan het volgende Vlaams Commons Transitiemeerjarenplan. 

Vlaams Commons transitie Festival 

We dromen er van om de vele superinspirerende commoners en coöperaties uit gans Vlaanderen samen te brengen, op een spreekwoordelijk podium te hijsen, in een festivalachtige, informele, plezierige setting voor jong en oud. Open voor iedereen. Doel is om de community en de commons te versterken, commons op allerhande agenda’s te zetten.  

We zouden dit kunnen combineren met het Vlaams Commons Congres, leerfestival, f-Festival van de verbinding,… 

Samen uitchecken: Hoe heeft iedereen deze open Algemene Vergadering ervaren?

De deelnemers hebben nieuwe, inspirerende mensen leren kennen, hebben goesting getankt, iets bijgeleerd. In de toekomst misschien meer aandacht en ruimte schenken aan de gekozen locatie.  
'The Future of Culture is Common': some impressions

The Culture Commons Quest Office (CCQO, University of Antwerp) organized a three day conference (1 - 3 June 2022) on Commoning Cultural Activism, Aesthetics, Organization and Policy. CCQO is an interdisciplinary research team led by prof. Pascal Gielen, that has been working on these topics between 2016 and 2021. Since January 2022 Pascal and CCQO share their office with Commons Lab. An experiment to explore new collaboration between commoners and knowledge institutions. 

THE FUTURE OF CULTURE IS COMMON

 

The conference was structured on the basis of four thematic clusters: organization, (cultural) activism, policy, and aesthetics. In keynote lectures, debates, and workshops we  addressed the following questions:  

How can artists and other cultural professionals organize themselves more independently from governments and markets? Can the framework of the commons help to fight the precarious conditions of the contemporary cultural sector? Does ‘commoning’ entail a different relation of artists to audiences, and to one another? 

What strategies do activists use to struggle for a space between or beyond market and state, and how do they use art and culture to appropriate ground, making it common again? 

How could a governmental policy relate to cultural commoners, and how do topdown and grassroot initiatives be aligned? 

And finally, do cultural communing practices have different artistic and aesthetic demands and expressions than cultural production from the official (subsidized) institutions or commercialized art? 

 

The kick-off meeting was a roundtable on the CCQO research. Followed by the book launch of ‘Rise of the Common City’, a volume that looks at cultural communing practices in urban environments, which contains contributions by CCQO researchers and affiliated scholars. Day 2 and 3 were structured with mornings’ keynote lectures on the thematic clusters, followed by open conversations and debates with both presenters. In the afternoon, there were blocks of parallel workshop sessions, in which we deepened our knowledge of the themes and exchange thoughts and practices. Commons Lab contributed to the conference by organizing a bike tour for the participants through commonsinitiatives in Antwerp. We also facilitated the ‘conference dinner’ at a food collective, ‘De Beek’. To make it also a sort of a ‘commons experience’.  

 

Lessons learned 

There are many interpretations of the concept of commons. At this conference we ‘rediscovered’ another perspective/approach. More focus on the culture and patterns of commoning. Commons as an ideology (‘commonism’). Commoning is all about mindsets and culture. At the same time it’s also about institutionalizing.  

 

“Culture is always the result of creating, sharing and teaching, remixing, reappropriating, interpretating and critiquing. Even the most ‘autonomous’ artists use forms or languages that were passed over to them. One might also say: culture is a ‘common’, that is, a source of value that is produced and governed by everyone, and that therefore can never be the exclusive property or product of anyone.”  - CCQO

 

We really enjoyed the Keynote ‘Common-Based Cultural Policy: leaning on three forms of democracy’ with guest lecturer Pascal Gielen, CCQO Director. The CCQO team detected three forms of participation that can be traced within political science and political philosophy: REPRESENTATION, DELIBERATION, AND AGONISM. Underneath you an find some interesting snippets from the according article ‘Capture in fiction? The art of commoning urban space’ by Hanka Otte & Pascal Gielen (The rise of the common city). 

 Further action/collaboration 

The future of culture will be common or there will be no culture at all. Both CCQO and Commons Lab believe in new collaboration, also between commoners and knowledge institutions.  

  • The CCQO and Commons Lab will collaborate to organize another ‘Assembly’ on this topic later this year 

  • Commons Lab will contribute to further research on this topic by sharing our knowledge of commons practitioners, our community of practice, …  

  •  Commons Lab will ‘translate’ some of the academic knowledge to make it more accessible for commoners, ngo’s, … 

REPRESENTATION, DELIBERATION, AND AGONISM

From: Otte & Gielen, ‘Captured in fiction? The art of commoning Urban Space’, The rise of the common city, 2022

“The CCQO team detected three forms of participation that can be traced within political science and political philosophy. The first one is the well-known representative democracy. This type of political participation occurred in still young nation states in the nineteenth century, together with the political emancipation of the bourgeois. It therefore fits well into the liberal philosophy that places the individual at its centre. This system is founded on the representation of the people through elections that are held every four or five years. In such a democratic order, a cultural policy on one hand serves to strengthen the identity and legitimacy of the nation state. It does so with national museums, theatres, libraries, and an official national language, statues and paintings of national heroes, and events that give the nation state historical foundation – in short, the national canon.  

By the end of the 1960s, workers, artists, and students took to the streets to demand the democratisation of overly rigid and overly hierarchical state institutions and other institutes (parliament, university, museums). Debates, discussions, and negotiations were the basic ingredients of this second wave of participation, also referred to as deliberative democracy. Strongly influenced by Jürgen Habermas’ ‘communicative action’ (Habermas, 1981) and his analysis of the origin of the public space (Habermas, 1962), this form of democracy assumes that consensus can be arrived at on the basis of debate and rational arguments. Whereas in a representative democracy the civil struggle focuses on the quantitative vote (the number of votes is what counts), in a deliberative democracy the struggle is about the quality of that vote (what counts is what one says). Thus, the attention shifts from political democracy to cultural democracy. Just like a representative democracy, a deliberative democracy also has its exclusion mechanisms. The riots with so-called ‘random violence’ that broke out in American and European cities since the 1990s are often explained as being a reaction to these exclusion mechanisms. Up to and including the Occupy Movement, these protests are often seen by both politicians and mainstream media as ‘random’ or ‘senseless’, either because the ‘rioters’ simply pose no political demands or because these demands cannot be understood unequivocally (such as in the case of the Indignados). Such eruptions can however be seen as symptoms of the fact that—both within a representative and a deliberative democracy—certain segments of the population are not being heard. These are primarily groups with little education, or immigrants who do not speak the national language or don’t use the ‘proper’ (i.e., white, middle- class) vocabulary. It is one of the reasons why political philosophers and sociologists such as Chantal Mouffe, Ernesto Laclau, Jacques Rancière and Manuel Castells point out the civil and political importance of affects and emotion for a democracy. This brings us to a third form of participation, which, inspired by Mouffe, we call ‘agonistic’ (Mouffe, 2013). An agonistic democracy assumes—in line with Oliver Marchart (Marchart, 2007)—that democratic politics is ‘post-foundational’. This means that there is no foundation for power, such as God is in a theocracy or the majority is in a representative democracy, or a ratio is in a deliberative democracy. There can be consensus in a democracy about who can be in power and how this power can be obtained but an agonistic model assumes that this consensus is the product of hegemony. This means that the consensus arrived at is always that of a specific, privileged group that has obtained the control of power in a society. However, by suggesting that this consensus is not that of a certain power faction but of society as a whole, the opinions and cultures of subaltern groups and other alleged minorities are obscured and excluded. An agonistic democracy now assumes that consensus never applies to the whole of society and therefore can always be contested. In other words, dissensus is always possible. Characteristic for the civil struggle after this ‘affective turn’ is that it focuses on doing, on performance. An agonistic political model assumes that in addition to the vote—either quantitatively or qualitatively—there are also other forms of democratic participation. Democracy is therefore not limited to a proper debate in public or civic space, but translates itself in acting in civil space. And it is exactly here that art and cultural codes may play a crucial part. After all, artists have the talent and training to express themselves in other ways than through rational arguments. Expression in visual language, dance, music but also using an idiosyncratic vocabulary or presenting an alternative narrative are part of the core business of the arts. An agonistic cultural policy will therefore primarily create the conditions (cf. Rancière) for making (as yet) invisible, inaudible, and unutterable democratic demands visible and audible.  

One of the demands and practices that, for the past thirty years, have remained unseen, and has also been repressed and suppressed, is that of the commons. Commoning in fact is a form of participation whereby commoners give form to their (social) environment by collective self-management of resources. To achieve this, commoners use competencies that are required in both a deliberative and an agonistic democracy. In addition to ‘doing’; for example, setting up an organisation, a blog, a platform, or developing rules, a lot of discussion and negotiation takes place (such as in assemblies), among commoners. Although commoners will vote every once in a while, in order to arrive at a decision (representation), the emphasis is on deliberation and agonistics (cf. supra). Especially the development of common initiatives rests on this participative model. Commoning practices tend to develop particularly in domains for which governments show no interest or where they fail to act and where market parties do not or not yet see, potential for profit. This third space between state and market is that of the civil initiative where citizens take matters into their own hands.