Niet de mensen, maar de context moet veranderen: waarom de nieuwe, Vlaamse verkeerscampagne geen commonsminded beleid is
De nieuwe verkeerscampagne van de Vlaamse Overheid klinkt op het eerste gezicht goedbedoeld. Ze wil ons allemaal wijzen op onze individuele verantwoordelijkheid in het verkeer. “Let wat beter op, wees hoffelijk, denk na.” Het lijkt empathisch, verbindend zelfs. Maar wie wat aandachtiger kijkt, ziet een logica terugkeren: de burger moet zichzelf reguleren, terwijl het systeem dat gevaarlijk gedrag mogelijk maakt vrijwel ongemoeid blijft. Dat is geen commonsminded logica. Dat is de klassieke neoliberale reflex: de overheid houdt de infrastructuur zoals ze is, maar rekent op de burger om zich perfect te gedragen in een imperfect systeem.
Een straat is geen gelijk speelveld – waarom ‘iedereen verantwoordelijk’ geen commons is
De campagne behandelt alle weggebruikers alsof ze zich in dezelfde positie bevinden. Alsof een kind op een step, een fietser met twee kinderen in de bakfiets en een automobilist in een metalen voertuig van anderhalve ton evenveel impact hebben op de veiligheid van anderen. Maar commonsdenken begint net bij het erkennen van asymmetrische verantwoordelijkheid. Wie het grootste gevaar vormt, draagt de zwaarste verantwoordelijkheid.
De realiteit is eenvoudig:
een voetganger kan bijna niemand doden;
een fietser kan kleine schade veroorzaken;
een wagen, zeker bij snelheden boven 30 km/u, verandert elke vergissing in potentieel levensgevaar.
Een campagne die iedereen gelijk aanspreekt, doet exact wat een commons probeert te vermijden: machtsverschillen uitwissen én kwetsbaren mee verantwoordelijk maken voor hun eigen risico’s.
Zelfregulering als beleid: de fout verschuiven van systeem naar mens
We zien dezelfde logica al jaren terugkeren. In plaats van de straten zo in te richten dat fouten opgevangen worden, belooft de overheid ons dat “bewustwording” voldoende zal zijn. Alsof mensen niet moe kunnen zijn, afgeleid, bang, gehaast, verdrietig. De realiteit is dat mensen menselijk gedrag vertonen. En menselijk gedrag is feilbaar. De commonsbril zegt: je moet het systeem zo bouwen dat mensen veilig kunnen zijn, zelfs als ze fouten maken. De Vlaamse campagne zegt: je moet jezelf beter in de hand houden. Dat is niet dezelfde logica. Dat is niet dezelfde wereldvisie.
De context, niet de mens, bepaalt het grootste deel van verkeersveiligheid
Als we écht veiligheid willen, weten we wat werkt. Dat tonen decennia internationale studies:
lagere snelheden;
veilige infrastructuur;
conflictvrije kruispunten;
snelheidsbegrenzers in auto’s;
straten waar kinderen kunnen spelen zonder doodsangst;
handhaving die niet dient om geld op te halen, maar om ruimte veiliger te maken.
En toch wordt ons verteld dat campagnes vol mea culpa’s van ex-bekende Vlamingen, videofragmenten van dronken bestuurders en slogans over hoffelijkheid de kern van het probleem aanpakken. Maar we weten het al dertig jaar. Bewustwording alleen verandert vrijwel niets. De infrastructuur wel. De regels wel. De machtsverhoudingen in de straat wel.
Een echt commonsminded alternatief: zorg inbouwen in het systeem
Een overheid die de weg als commons ziet, kijkt anders. Ze ziet de straat niet als een neutraal decor waarin individuen moeten strijden voor veiligheid, maar als een gedeelde ruimte die bescherming moet bieden aan de zwaksten en grenzen moet stellen aan de sterksten.
Een commonsminded verkeerscampagne zou durven zeggen:
“We begrenzen auto’s technisch, omdat niemand zou kunnen doden per ongeluk.”
“We verlagen snelheden omdat de straat voor iedereen is, niet alleen voor doorstroming.”
“We bouwen conflictvrije kruispunten, zodat voorzichtigheid niet langer een heldendaad is.”
“We ontwerpen straten waar kinderen kunnen spelen zonder dat ouders constant hyperalert moeten zijn.”
Dat is geen “pamperen”. Dat is verantwoordelijkheid herverdelen volgens risico, kracht en impact. Dat ís de essentie van commons.
“De vraag is simpel: Willen we straten waar fouten dodelijk zijn, of een samenleving die fouten opvangt?”
De overheid moet kiezen: blijven moraliseren of echt beschermen
De huidige campagne maskeert een politieke keuze. Ze suggereert dat de burger het probleem is, en dat het systeem in orde is zolang we “maar beter ons best doen”. Maar wie ooit met een fiets door een Vlaamse stad reed, of met kinderen langs een druk kruispunt stond, weet dat dit niet klopt. De context stuurt het gedrag, niet andersom. En zolang de overheid blijft geloven dat campagnes de wereld kunnen veranderen, blijven de meest kwetsbaren in de publieke ruimte onbeschermd.
Commonsminded beleid weet het antwoord. De Vlaamse campagne helaas nog niet.
Koen Wynants